Roger Linn’s LinnDrum (1982)

De LinnDrum is een muziekinstrument waarmee voorgeprogrammeerde drumpatronen worden weergegeven. Het werd vanaf 1982 in een aantal van ongeveer 5.000 door Linn Instruments geproduceerd voor muzikanten zoals Frankie Goes To Hollywood, Madonna, Harold Faltermeyer, Tears for Fears, Denice Williams en vele, vele anderen.

De LinnDrum heeft vijftien 8-bit 28-35 kHz gesampelde drumgeluiden, die vrijelijk in een door de gebruiker te bepalen patroon konden worden ingeprogrammeerd. Het geluid van een LinnDrum, evenals de meeste drumstellen, is zeer herkenbaar en door de brede inzet ervan in de jaren ’80 heeft de LinnDrum een grote stempel gedrukt op de muziek uit die periode.

Externe link

Steven Spielberg’s Pinky and the Brain (1993)

Pinky en Brain zijn twee genetisch gemanipuleerde laboratoriummuizen die overdag leven in een muizenkooi en ‘s avonds plannen ontwikkelen om de wereld te veroveren. De twee muizen zijn in alles elkaars tegenpolen: Pinky is goedgehumeurd maar wat snel afgeleid, terwijl Brain zijn gedachten goed op orde heeft maar in alles een duistere indruk weet te maken. Steven Spielberg produceerde alle 66 afleveringen van de tekenfilmserie, die oorspronkelijk startte als onderdeel van het Animaniacs programma.

In iedere aflevering van de serie bedenkt Brain een nieuw plan om de wereld in één klap te veroveren. Brain probeert dat plan eerst aan Pinky uit te leggen, die er vervolgens niets van snapt. Het plan mislukt altijd, omdat Pinky ergens iets doms doet, of gewoon omdat het plan vanaf het begin gedoemd was om te mislukken. Er is een uitzondering, Een aflevering waarin Brain wanhopig probeert de wereld juist niet over te nemen en waarin juist iedereen wil dat Brain de leiding van de wereld gaat overnemen. In de afleveringen wordt soms gerefereerd naar recente gebeurtenissen of andere bekende ontwikkelingen.

Jos Brink’s Wedden.. dat? (1986)

De Nederlandse televisieomroep AVRO kocht het Duitse programmaformat Wedden.. dat? in 1984 en bracht de eerste aflevering in 1986 met Jos Brink op de buis. In het spelprogramma wisselden interviews met bekende Nederlanders weddenschappen af, waarbij iemand een bijzonder vaardigheid of speciale kennis moest demonstreren. Als tegenprestatie moest iemand die een weddenschap verloor dan een ludieke tegenprestatie uitvoeren.

De weddenschappen, of beter demonstratie van kundigheden van de gasten, waren vaak spectaculair. Te denken valt aan het tussen champagneglazen door rijden met neuswielen van een Boeiing 747, blindelings, op de tast een koe herkennen, binnen zes minuten 10 champagneglazen opstapelen met een vorkheftruck, waterskieën achter een kano, herkennen van sterrenstelsels, opblazen van honderden ballonnen, noemen van de pagina waar een woord in het woordenboek voorkomt.. De bijzondere prestaties kenden geen grenzen.

Ondanks, of misschien zelfs dank zij al die bijzondere prestaties van de gasten is Wedden.. dat? ook buiten het spelprogramma populair geworden, misschien getuige het stelen van 5.800 fietszadels.

Jim Henson’s Dinosaurs (1991)

Dinosaurs, een life-action poppenserie, was een wekelijkse komische televisieserie die zich afspeelde in het jaar 60.000.003 voor Christus in Pangaea. De serie concentreert zich rond de familie Sinclair die bestaat uit vader Earl Sinclair, moeder Fran Sinclair-Philips en hun drie kinderen Robbie, Charlene en Baby Sinclair. Vader Sinclair werkt als boom-om-duwer voor de Wesayso Corporation, samen met zijn vriend en collega Roy Hess.

Jim Henson had het idee voor een komische serie al in 1988, maar pas na het succes van De Simpsons liepen de studio’s warm voor zijn idee. De televisieserie afdeling van Walt Disney begon in 1990 met het maken van de serie voor CBS, die het doorverkocht aan ABC, dat later werd overgenomen door Disney.

Yamaha’s AN200 desktop physical modeling analog synthesizer and sequencer (2001)

Wie in de jaren ’80 van de vorige eeuw naar Fame heeft gekeken en muziekgenie Bruno eigenhandig met z’n elektronika een heel orkest heeft zien nabootsen vraagt zich af waar je dat mee kunt doen. Yamaha had daar het antwoord op, in de vorm van de AN1x synthesizer, een toetsenbord met ingebouwde synthesizer muziekstudio. Dit laatste deel heeft Yamaha losgetrokken en in een aparte behuizing op de markt gebracht. De AN200, ter grootte van een A4’tje, heeft oneindig veel geluidsmogelijkheden.

Het is bijna onmogelijk om de functies en mogelijkheden van de AN200 in enkele woorden te omschrijven. Yamaha zelf probeerde het als volgt:

De AN200 is een gecombineerde toongenerator en sequencer met een enorme hoeveelheid sonische kracht en real-time performance besturing in een exceptioneel compacte en gemakkelijk te gebruiken “desktop” verpakking. Het is, als één van de instrumenten van de Loopfactory groep, een gereedschap van verbazingwekkend hoge kwaliteit en veelzijdigheid voor loop-gebaseerde muziek productie. Gebruik het op uw gigs, als deel van uw DJ setup — of als uw geheime wapen in uw studio arsenaal. Met achttien knoppen en een heleboel schakelaars, waarvan er vele “dedicated” zijn — dit betekent dat een regelaar specifiek is en ALLEEN dat doet wat zijn naam aangeeft — is de AN200 een droom voor elke synthesizer freak. Het Analog Physical Modeling synthese systeem geeft de ongelofelijk rijke en kolossale analoog-lijkende Voices van de AN200 kracht. Het bevat niet alleen dezelfde vertrouwde oscillator, filter en andere geluid-vormende regelaars die op traditionele analoge synthesizers gevonden wordt— het geeft u het gehele spectrum van warme, vette, en pittige geluiden waardoor die legendarische instrumenten beroemd werden. Bespeel de hoge kwaliteit analoge-stijl Voices van de AN200 met volledige 5-noot polyfonie — via het ingebouwde toetsenbord of via een MIDI apparaat. Gebruik de ingebouwde 16-staps sequencer om uw eigen synth en ritme sequences te creëren. En verhoog de kracht van de alle-eigenschappen bevattende AN200 Editor op uw computer — om gebruik te maken van ALLE verbazingwekkende sonische kracht die de AN200 te bieden heeft.

Nederlandstalige Handleiding Yamaha AN200

Externe links

Geier Sturzflug’s Bruttosozialprodukt (1983)

Bruttosozialprodukt is een hit van de Duitse band Geier Sturzflug, het meest bekend van hun muziek in het Neue Deutsche Welle genre. Het nummer Bruttosozialprodukt werd ingezongen door Friedel Geratsch, vaste zanger van de band. Geier Sturzflug is afkomstig uit het Duitse Bochum, Nordrhein-Westfalen en is sinds 1979 actief. Bruttosocialprodukt kwam voor het eerst uit op de B-kant van het album Heiße Zeiten uit 1983.

Wenn früh am Morgen die Werksirene dröhnt
Und die Stechuhr beim Stechen lustvoll stöhnt
In der Montagehalle die Neonsonne strahlt
Und der Gabelstaplerführer mit der Stapelgabel prahlt
Ja, dann wird wieder in die Hände gespuckt
Wir steigern das Bruttosozialprodukt!
Ja, ja, ja, jetzt wird wieder in die Hände gespuckt!

Die Krankenschwester kriegt ‘nen Riesenschreck
Schon wieder ist ein Kranker weg
Sie amputierten ihm sein letztes Bein
Und jetzt kniet er sich wieder mächtig rein!
Ja, jetzt wird wieder in die Hände gespuckt
Wir steigern das Bruttosozialprodukt –
Ja, ja, ja, jetzt wird wieder in die Hände gespuckt!

Wenn sich Opa am Sonntag auf sein Fahrrad schwingt
Und heimlich in die Fabrik eindringt
Dann hat Oma Angst, dass er zusammenbricht
Denn Opa macht heute wieder Sonderschicht!
Ja, jetzt wird wieder in die Hände gespuckt
Wir steigern das Bruttosozialprodukt –
Ja, ja, ja, jetzt wird wieder in die Hände gespuckt!

A-a-an Weihnachten liegen alle rum und sagen puh-uh-uh-uh
Der Abfalleimer geht schon nicht mehr zu
Die Gabentische werden immer bunter
Und am Mittwoch kommt die Müllabfuhr und holt den ganzen Plunder
Und sagt jetzt wird wieder in die Hände gespuckt
Wir steigern das Bruttosozialprodukt!
Ja, ja, ja, jetzt wird wieder in die Hände gespuckt!

Wenn früh am Morgen die Werkssirene dröhnt
Und die Stechuhr beim Stechen lustvoll stöhnt
Dann hat Einen nach dem Andern die Arbeitswut gepackt
Und jetzt singen sie zusammen im
Arbeitstakt-takt-takt-takt-takt-takt-takt:
Ja, jetzt wird wieder in die Hände gespuckt –
Wir steigern das Bruttosozialprodukt!
Ja, ja, ja, jetzt wird wieder in die Hände gespuckt!
Wir steigern das Bruttosozialprodukt!
Ja, ja, ja, jetzt wird wieder in die Hände gespuckt!

Ron Underwood’s Tremors (1990)

Tremors is een science fictionfilm uit 1990, waarin het kleine geïsoleerde dorpje Perfection, Nevada, en haar inwoners belaagd worden door grote wormachtige monsters. Hoofdpersonen Val en Earl proberen het stoffige Perfection te ontvluchten maar stuiten op een reeks mysterieuze sterfgevallen en geholpen door de bevallige seismologiste Rhonda ontrafelen ze de gruwelijke oorzaak hiervan. Samen met het excentrieke echtpaar Gummer gaat de groep op pad om de gigantische monsters te verdelgen.

Hal Needham’s The Cannonball Run (1981)

The Cannonball Run is een Amerikaanse komische film uit 1981 met in de hoofdrollen onder andere Burt Reynolds, Roger Moore, Dom DeLuise, Farrah Fawcett, Dean Martin, Sammy Davis Jr. en Jackie Chan. De film is gebaseerd op een illegale race van New York naar Redondo Beach, Californië, die in 1971 door autojournalisten Brock Yates en Steve Smith van het blad Car and Driver was georganiseerd. In de film racen onwaarschijnlijke types in een keur aan voertuigen tegen elkaar en tegen de federale inspecteur Arthur J. Foyt, die telkens zonder succes probeert de race te stoppen.

De belangrijkste racers rijden in The Cannonball Run in een Dodge Tradesman ambulance, een Subaru Leone, een Lamborghini Countach, een Ferrari 308 GTS, een Rolls-Royce Silver Shadow en een Aston Martin DB5. Het gaat er in de film om het hardst aan toe en iedere racer verzint een eigen manier om de anderen te snel af te zijn.

ReVox’ A77 (1967)

De ReVox A77 is een magnetische audio bandrecorder geproduceerd door het Zwitserse ReVox van 1967 tot 1977. Het wordt gezien als een high-end apparaat door zowel professionals als audioliefhebbers. Diverse muziekanten zijn hun professionele muziekcarriere begonnen door het opnemen van hun muziekstukken met deze A77.

John Hughes’ Ferris Bueller’s Day Off (1986)

Het zou de film van John Hughes tekort doen om Ferris Bueller’s Day Off te beschrijven als ‘een film waarin een tiener een dag van school spijbelt en met zijn vrienden allerlei avonturen beleeft’. Dat is zeker wat er in de film gebeurt, maar dat verklapt dan niet de humor, muziek, prachtige personages, goed uitgewerkte parallelle verhaallijnen en karakteruitdiepingen.

Ferris Bueller is een wat vroegwijze jongen die alle truuks kent om van school te spijbelen. Zijn zus Jeannie en schoolhoofd Ed Rooney lijken de enigen te zijn die Ferris doorhebben en beiden proberen dan ook de hele film om Ferris te betrappen. Ferris lijkt de rest van de wereld echter voor te gek te kunnen houden en door zich op een zeker ochtend ziek te veinzen zet hij de gebeurtenissen in gang die zich in de rest van de film afspelen.

Moog The Rogue (1980)

Moog, bekend van de indrukwekkende modulaire synthesizers uit de jaren ’60 en ’70, kwam in 1970 uit met de Minimoog, een voor Moog begrippen betaalbare eenvoudiger versie van de enorme machines die daarvoor gebruikt werden door o.a. Wendy Carlos en Johan Timman. Hoewel de mogelijkheden van de Minimoog veel minder waren dan de modulaire Moog synthesizers, werd de Minimoog, met drie oscillatoren en een ruisgenarator, een Moog filter en een ADSR generator, warm ontvangen en was er vanaf 1970 geen enkele zichzelf respecterende toetsenist meer die er niet tenminste één in bezit had. Met een prijs van een paar duizend gulden was het echter geen hobbyinstrument,

De Moog The Rogue is een mono analoge synthesizer die in het begin van de jaren ’80 werd geproduceerd. De Rogue had een ingebouwd toetsenbord met 32 noten (2 1/2 oktaaf), twee oscillatoren, een Moog filter en een ADSR geluidsvorm generator. Met een lage kostprijs en een professionale uitstraling was de Moog The Rogue een instant success. Wat bouwkwaliteit betreft was er op de Rogue duidelijk bezuinigd: de plastic zijkantjes pasten maar zo-zo op de dunne aluminium behuizing en de potmeters waren niet van al te beste kwaliteit. Ook de knoppen nomineerden zich voor vervanging in de garantieperiode. De printplaat met alle onderdelen, onder de regelaars geplaatst, had wel de onderdelen en configuratie van een echte Moog, maar de uitvoering was zo-zo: een pertinax (geperst karton) printplaat, handgetrokken printbanen en goedkope onderdelen stond garant voor moeizame stemming en het was dan ook nodig de Rogue met enig regelmaat te onderhouden.

De Concertmate MG-1, een gelijkende syntesizer van Tandy/Realistic, werd ook door Moog geproduceerd. Zowel de Rogue als de MG-1 waren bedoeld voor thuismusikanten.

In 2017 kwam Korg met de Monologue, een synthesizer die in uitstraling en mogelijkheden een knipoog doet naar de Moog The Rogue uit 1980.

A Flock of Seagulls (1982)

A Flock of Seagulls is het gelijknamige debuutalbum van de Britse new-wave/synthpop band die aan het begin van de jaren 80 doorbrak. Na de lancering van dit debuutalbum maakten ze een tweede album, Listen, die als een mix klinkt tussen Kraftwerk, Depeche Mode en Hall & Oates. Hoewel voor het grote publiek een succes, en met het grote succesnummer Wishing (If I had a Photograph of You), is het toch het debuutalbum dat perfectionisme uitstraalt en na al die jaren nog steeds plezierig luistert.

A Flock of Seagulls heeft een uniek geluid, waarbij synthesizers en elektrische gitaren elkaar afwisselen. De productie door Bill Nelson heeft voor een fijne mix tussen schelle en soms snerpende gitaar- en synthesizergeluiden, stevige bassen en een prima middengebied gezorgd. Van de 11 nummers op het album zijn er zeker de helft als hits uitgebracht geweest.

A Flock of Seagulls begint met Modern Love is Automatic, waar synthesizer-windgeluiden de eerste 25 seconden in beslag nemen, waarin een elektrische gitaar na nog weer een halve minuut door een drum wordt bijgestaan. Het tweede nummer, Messages, lijkt in eerste instantie een voortzetting van het eerste nummer, maar blijkt toch na enkele maten geheel anders. Voor een groot publiek is I Ran het meest herkenbaar, een nummer dat begint met zee- en zeemeeuwgeluiden.

J. Michael Straczynski’s Babylon 5 (1994)

Babylon 5 is een sciencefictiontelevisieserie uit de jaren ’90 die is geproduceerd en geschreven door J. Michael Straczynski. De serie telt vijf seizoenen met elk een eigen verhaallijn. Alle vijf seizoenen hebben ook een overkoepelende verhaallijn. Ook de personages hebben achtergronden die uitgediept worden. Door de verschillende verhaallijnen ontstond de indruk van een diepgaand verhaal waarin ieder seizoen langzaam sluiers werden opgelicht. Seizoen 1 begint 10 jaar na de Aarde-Minbari oorlog waarin de Aarde net op magische wijze een oorlog met de veel machtigere Minbari overleefd heeft. Na de oorlog wordt door de Aarde-Alliantie het Babylon project gestart om eventuele toekomstige conflicten te voorkomen. De Babylon ruimtestations moeten een plek vormen waarin mensen en buitenaardsen hun conflicten op een vredige manier op kunnen lossen. Babylon 1, 2 en 3 worden niet gerealiseerd door opzettelijke sabotage en Babylon 4 verdwijnt onder mysterieuze omstandigheden. Babylon 5 is het eerste station dat zijn deuren kan open voor de buitenaardse ambassadeurs en het verhaal begint.

Steven Spielberg’s Ready Player One (2018)

Ready Player One is een toekomstfilm gebaseerd op de gelijknamige roman van Ernest Cline uit 2011. In het jaar 2044 vindt veel van het dagelijkse leven plaats in een onlinewereld genaamd ‘OASIS’. Wanneer de maker ervan overlijdt en zijn vermogen nalaat aan degene die het eerste drie sleutels in de OASIS weet te vinden zijn de rapen gaar en barst er een strijd los die meerdere jaren in beslag gaat nemen. Hoofdpersoon Parzival weet de eerste sleutel te bemachigen en wordt het doelwit van een organisatie die alle middelen inzet om de controle over de OASIS te bemachtigen.

Hoewel het boek en de film dezelfde titel dragen en dezelfde hoofdpersonen kennen, lopen de verhalen uiteen. Een centraal thema van het boek, referenties naar jaren ’70 films, games en producten, wordt echter ook en misschien nog wel grootschaliger dan het boek, door de film opgepikt.

Referenties in de film