De PDP-8 was een 12-bit minicomputer geproduceerd door DEC (Digital Equipment Corporation) in 1965. Het was een directe afstammeling van de LINC, met een kleinere instructieset. Het eerste model kostte rond de $18.500 en had de grootte van een kleine koelkast. De PDP-8 combineerde een lage kostprijs met een hoge kwaliteit en zorgde daarmee dan computercapaciteit in handen kon komen van groepen mensen die daarvoor nog geen beschikking hadden over computers, zoals onderwijsinstellingen. De PDP-8 had initieel geen besturingssysteem, slechts een frontpaneel met een rij schakelaars. Aan het eind van het PDP-8 tijdperk was er een OS/8 besturingssysteem en een hele suite aan toepassingsprogramma’s. Er zijn ongeveer 50.000 PDP-8’s verkocht.
Categorie: Mainframes en mini’s
MIT’s Lincoln Laboratory’s LINC (1962)
De LINC (Laboratory INstrument Computer) is een 12-bit computer die gezien wordt als de eerste minicomputer en voorloper van de personal computer. De LINC werd ontworpen door Wesley A. Clark en Charles Molnar. De LINC werd gebouwd door Digital Equipment Corporation (DEC) en Spear Inc. De LINC kostte $40.000 en bestond meestal uit een afgesloten 1,8 meter x 50 cm rek, vier behuizingen met tape drives, een klein display, een bedieningspaneel en een toetsenbord.
Er werden in totaal 50 LINC’s gemaakt, waarvan 21 door DEC werden verkocht. Een assembler/editor om programma’s mee te schrijven werd ontwikkeld door Mary Allen Wilkes.
Atomic Energy Research Establishment’s Harwell CADET (1955)
De Harwell CADET is de eerste volledig uit transistoren opgebouwde computer in de wereld, ontwikkeld in februari 1955 door de Atomic Energy Research Establishment in Harwell, Engeland. De Harwell CADET wordt algemeen gezien als de eerste moderne computer, zoals deze door Alan Turing in 1936 was bedacht en waarvan de principes ook vandaag de dag nog worden gebruikt. Het belangrijkste concept hierbij is het opgeslagen programma, waarbij alle instructies die uitgevoerd moeten worden in een geheugen zijn opgeslagen. Een moderne computer beschikt over een beperkt aantal instructies en het programma bepaalt in welke volgorde en met welke getallen deze instructies moeten worden uitgevoerd. Het feit dat de Harwell CADET volledig uit transistoren was opgebouwd was belangrijk, gegeven het feit dat in 1959 de silicium chip uitgevonden zou worden, waardoor grote functionele delen van de computers geminiaturiseerd konden worden.
De Harwel CADET bestond uit 324 transistoren en maakte gebruik van een magnetiseerbare cylinder waarop het programma was opgeslagen. De machine gebruikte een klokfrequentie van 58 kHz, het maximum waarbinnen het geheel nog storingsvrij kon werken. Programma’s namen soms 80 uur in beslag om uitgevoerd te worden.
In april 1955 kondigde IBM de IBM 608 Transistor Calculator aan, de eerste commercieel verkrijgbare volledig getransistoriseerde computer. Ze stelden daarbij dat deze al in oktober 1954 gedemonstreerd was, vóór de Harwell CADET.